Doorgaan naar hoofdcontent

Posts

Niet-weten

Vandaag weet ik niks. Ik weet niet wat ik wil eten, waar ik naartoe wil, wat ik wil doen, ik weet niet wat ik wil. Mijn geest is een groot white board waar ik vol verwachting naar kijk in de hoop dat er iets op verschijnt. Op verschillende momenten op de dag vind ik mezelf  terug achter de laptop terwijl ik berichten lees op facebook die me zouden moeten inspireren. Ik zie deze uitspraak: 'live your life like a butterfly. take a rest sometimes, but never forget how to fly' en weet niet wat ik ermee aan moet. Gewoonlijk like ik van alles maar nu like ik helemaal niks. Ik sta in de tuin met mijn blote voeten in het gras. Het heeft net geregend en ik voel de koelte langs mijn enkels omhoog trekken. Ik voel me zo onhandig als een zwanenjong van twee weken oud dat lomp waggelend zijn weg naar het vrije water probeert te vinden. Nu sta ik hier in mijn tuin en voel, dat weet ik. . Mijn gedachten komen tot rust. Ik hoef het ook niet te weten. Alsof er iets te weten v

Lof der Verveling

“Onmisbaar is de verveling die het zelf bewust laat voortbestaan, om daarin een bron van inspiratie te vinden. Juist omdat zij leeg is, een vacuüm vormt, stroomt er veel op haar toe en trekt zij van alles aan: ongedachte gedachten, onvoorziene ontmoetingen, verrassende ervaringen, nieuwe voorstellingen, gedurfde ideeën, verbanden, samenhangen die plotseling 'zin geven'”. - Wilhelm Schmidt. In mijn leven bestaan er verschillende vormen van verveling. De ongemakkelijke, waarbij het onmogelijk lijkt om maar iets  vinden dat belangwekkend genoeg is om te doen, maar ik toch blijf zoeken naar een activiteit. De licht melancholische, waarin ik me lusteloos en richtingloos voel en ik verval tot inertie. De existentiële waarin het hele leven als zodanig op momenten vervelend lijkt. Been there, done that. Why move? Zeurderig, klaaglijk, mistig, vaag. Verveling. Het is er en het gaat niet weg. En soms is er verveling waarvan ik hoop dat ze lang om me heen blijft hangen. O

Over gave

Geef je er gewoon aan over. Aan dat gevoel. Gewoon. Er aan over geven.  Aan wat er is. Dus. Kan dat? Ja. Altijd? Nee. Onvermogen? Ja. Geef je je toch d áár  aan over? Moet dat? Vanavond komt plotseling een jeugdherinnering naar boven. Gevolgd door een gretig verlangen om het verleden ongedaan te maken. Al vroeg in mijn bestaan word ik geconfronteerd met de eindigheid van het leven. Ik ben 15 en zou op mijn 16 e verjaardag uitgaan met de beste vriend van mijn oudste broer. Al jaren vind ik hem leuk en hij belooft me mee uit te nemen als ik 16 word. Hoe hemels zou dat zijn! Maar het loopt anders. Vlak voor  mijn 16e verjaardag knalt hij met zijn auto tegen een boom en verdwijnt ineens uit mijn leven. Hij is 24. Het is onmogelijk om werkelijk te kunnen bevatten wat het betekent om hem nooit meer te ontmoeten. In mijn herinnering blijft hij altijd degene die me mee uit gaat nemen. Het meisje van 15 in mij wacht nog steeds. Alsof ik niet wil geloven dat

Ruimte voor Zijn

The Tao of Poeh revisited... Deze zomer bevind ik me in een zee van - zelf gecreëerde - ruimte. Althans, een voelbare ruimte. Aanloop: al geruime tijd voel ik dat mijn lichaam weer niet tot diepe rust wil komen. Ondanks mijn pogingen om te ontspannen, stretchen, mediteren, in te keren blijft mijn lichaam in verzet. Een dieper gelegen vastgezette spanning weerhoudt  me om te vallen in mezelf. Op een zomeravond in juni bevind ik me weer eens middenin een yogahouding (paschimottanasana)en in een flits realiseer ik me dat ik op dat moment bezig ben mezelf steeds verder te brengen dan waar ik ben. Dieper stretchen, intensere poses, leniger, krachtiger, meer, meer. In wezen doe ik mezelf steeds een klein beetje geweld aan. Op dat moment besluit ik radicaal te stoppen. Eerst maar eens stoppen met het doen van oefeningen. Zo dat valt niet mee als dans- en bewegings docent. En vervolgens stoppen met alles waarin ik bezig ben iets te bereiken, met iets te  doen . 'Resultaat&

Zo Binnen, Zo Buiten?

Vanmorgen kom ik op facebook een TED talk tegen van een 19-jarige jongen. Voor de mensen die TED niet kennen, zij noemen zich " a nonprofit devoted to Ideas Worth Spreading". Hun mission statement: " We believe passionately in the power of ideas to change attitudes, lives and ultimately, the world. So we're building here a clearinghouse that offers free knowledge and inspiration from the world's most inspired thinkers, and also a community of curious souls to engage with ideas and each other. Inspired thinkers, curious souls, yes indeed. Ik bevind me regelmatig op TED.com en word vaak geraakt door de persoonlijke verhalen die de sprekers delen met een gretig publiek. Kwetsbaar,  passievol, waar. Dat het soms wat te hoopvol voelt in Amerikaanse zin van 'yes we can! neem ik voor lief.   Mijn ochtend begint dus met deze jongen. Zijn eerste zinnen zijn meteen raak. Voor een lange tijd in zijn leven heeft hij het gevoel dat hij twee levens leidt. Het

Wu Wei: De Kunst van Niet doen

Practise non-action. Work without doing, Wu Wei is een kernconcept in het Taoïsme. Het verwijst naar de ogenschijnlijk paradox van niet-doen en toch doen (handelen). Doen zonder wil en zonder inspanning.  Alan Watts, zenleraar, spreekt in  deze video  over het principe van niet iets forceren.  "Wu wei is the art of sailing, rather than the art of rowing".   How to practice wu wei? De 'practise of non-action' of 'non doing' is echter niet zo makkelijk te leven met mijn Westerse mind-set. Net als zovelen heb ik geleerd dat als ik iets wil bereiken in mijn leven ik hard moet werken, mijn best moet doen.  The blessing of sensitivity Gelukkig ben ik gezegend met een extreem sensitief lichaam en zenuwstelsel. Zodra ik teveel doe en over mijn fysieke grenzen ga krijg ik daar direct last van. Volhouden en doorzetten is voor mijn lichaam een crime. Als ik te lang blijf volhouden, raak ik overprikkeld en uitgeput en duurt het lang voor ik herstel. Zo kan ik een w

Gewoon

Een tijdje geleden ontmoette ik een man. Een man met tatoeages en bruine ogen. Niet dat het ertoe doet dat hij tatoeages had maar het is het eerste wat in mijn hoofd schiet als ik aan hem denk. De ogen doen er zeker toen want ons eerste oogcontact was sprankelend, warm en open. Ik werd nieuwsgierig naar hem. De context van de ontmoeting was een contactimprovisatiefestival waar een stuk of vijftig mensen rollend, voelend, gewicht gevend en dragend met elkaar dansten. Wat mij nu bijblijft van de ontmoeting is een zin die op de een of andere manier te maken heeft met de tatoeages. De sprankeling en openheid ben ik vergeten maar ik herinner me die woorden, die ene zin. Ok, er gaan nog een aantal zinnen aan vooraf.  Een kort gesprekje. Op het moment dat ik met hem in gesprek raak verwacht ik in onze verbale uitwisseling dezelfde openheid als in zijn ogen. Maar het tegendeel is waar. Ik proef relativerende woorden, lichte ironie, een gestolde boosheid wellicht die als een mist tussen he